MENU
Risotto, wat letterlijk ‘rijst’ en ‘acht’ betekent, wordt gemaakt door eerst de rijst kort aan te bakken in een gefruit uitje. Vervolgens wordt deze rijst afgeblust met wat wijn waarna al roerend kleine hoeveelheden bouillon wordt toegevoegd totdat de rijst gaar is. Tot slot wordt de risotto afgemaakt met Parmezaanse kaas die er met veel lucht doorheen wordt gegooid. Alleen dan krijg je de perfecte, smeuïge risotto zoals de Italianen hem ook maken. Als je kookt met wijn is het niet altijd heel belangrijk welke soort dit specifiek is. Een strategie die veel mensen hier volgen is het overbruggen van de smaak van je wijn in je gerecht door dezelfde wijn bij het koken te gebruiken als je later gaat drinken. Hierdoor komt de smaak van je wijn namelijk gegarandeerd terug in je eten en volg je een van de traditionele wijnspijs methodes.
We beginnen even bij de wijnen die je het beste kan ontwijken. Zware, kruidige of zoete wijnen zijn vaak te overweldigend voor een subtiel gerechtje als risotto. Tenzij je de smaken terug laat komen in het gerecht, zoals je bij een risotto met rode biet en barolo kan doen. Maar ook heel zwaar eikenhout gerijpte wijnen kun je beter overslaan bij je risotto. Nu we dat helder hebben kunnen we naar de wijnen die we wel willen drinken.
Omdat risotto heel veel verschillende varianten kent als we het hebben over de extra ingrediënten, is de wijn die je erbij drinkt hier grotendeels afhankelijk van. Over het algemeen kun je het beste gaan voor een droge witte wijn zonder al te veel poespas. Daarom is een pinot grigio altijd een goede optie bij dit gerechtje. Maar ook een sauvignon blanc, chardonnay zonder houtrijping of gavi kun je hierbij combineren. Welke wijnen het beste bij welke soort risotto passen zullen we ook even kort behandelen.
Deze variant is een echt traditioneel Milanees recept. De subtiele, romige maar overheerlijke smaak van saffraan vraagt om een mooie begeleiding. Zo kun je gaan voor een rosé van pinot grigio of een fruitige barbera. Blijf je liever bij de witte wijn, dan kun je ook kiezen voor een licht eikenhout gerijpte chardonnay. Let wel op dat hij niet te veel eik heeft gehad, dat werkt weer overweldigend.
Dit gerecht staat bekend om zijn aardse tonen van de paddenstoelen en is uiteraard ook megalekker met een klein beetje truffel erdoor. Vanwege deze aardse tonen kun je heel goed kiezen voor een bubbelende prosecco die de aardse tonen goed neutraliseert. Daarnaast zou je ook een gewürztraminer uit het Italiaanse alpengebied van Alto Adige kunnen gaan. Deze heeft van zichzelf mooie aardse tonen die hier goed bij aansluiten.
Een van mijn persoonlijke favorieten is een risotto met langzaam gegaarde guanciale (wangspek) met doperwten (eventueel door de bouillon getrokken). Niet te ingewikkeld, wel heel erg lekker. Als je binnen Italië blijft zoeken naar de wijn, kun je hiervoor kiezen voor een frisse verdicchio, die met zijn frisheid mooi door het vet van de guanciale heen kan snijden. Ben je fan van een wat fruitigere wijn? Dan zou je ook kunnen gaan voor een vermentino die ook lekker fris is maar iets meer fruitige aroma’s heeft. Omdat dit een wat subtielere risotto is, kun je hier makkelijk meerdere kanten op waardoor een pinot grigio uiteraard ook volstaat.
Tot slot hebben we een rijk gevuld gerecht waar de meeste van ons altijd wel blij van worden. Gevuld met krab, mosselen, vongole, garnalen, kokkeltjes en mogelijk met nog veel meer. Bij deze klassieker zit je altijd wel goed met een glaasje chabli of een frisse chardonnay uit Frankrijk. Maar ook een Italiaanse vermentino of sauvignon blanc kan heel lekker zijn bij deze variant.
Even in het kort: bij risotto kun je dus het beste gaan voor een droge witte wijn. Denk bijvoorbeeld aan pinot grigio, vermentino, sauvignon blanc, chardonnay zonder eikenhout, of gewürztraminer uit Alto Adige. Wil je je wijn en je gerecht met elkaar laten overbruggen? Dan kun je de wijn die je wilt drinken dus ook gebruiken tijdens het koken. Buon appetito!
