Verschillende soorten dessertwijn

Ben jij een echte zoetekauw? Lees dan snel verder! We gaan het namelijk hebben over verschillende soorten dessertwijn. Maar ook als je niet van al te zoet houdt zijn er erg interessante en verrassende dessertwijnen. Er zijn een hele hoop methodes om de wijn sterker en/of zoeter te maken. Van het simpelweg toevoegen van suiker en/of alcohol tot het gebruiken van schimmels of bevriezing.

Versterkte wijn (port, madeira en marsala, sherry)

Bij versterkte wijn wordt er, voordat alle druivensuiker is vergist, alcohol toegevoegd aan de wijn. Hierdoor kan je de wijn stukken langer bewaren. En omdat de extra alcohol wordt toegevoegd voordat alle suikers zijn vergist, blijft de wijn zoet. Het bekendste voorbeeld hiervan is port, uit Portugal. Binnen port heb je ook nog verschil tussen Tawny en Ruby. Tawny is de jongere versie en is vaak kruidiger, lichtzuur met aroma’s van rood fruit. Ruby is langer gerijpt op eikenhout, waardoor deze sterkere aroma’s als chocolade, karamel en noten heeft kunnen ontwikkelen. Meestal is een fles port een blend van verschillende jaren. Dan staat er bijvoorbeeld 10 of 20 jaar op een fles. Dit is het gemiddelde aantal jaar dat alle druiven die in de fles zitten hebben gerijpt op vat. Maar soms heb je ook een vintage port, uit een enkel oogstjaar. Een voorbeeld van een vintage port is Colheita, deze moet vervolgens ook nog eens minstens acht jaar op vat hebben gerijpt.

Een andere bekende versterkte wijn is sherry uit Spanje. Nu denk jij waarschijnlijk direct aan de drankkast van je grootmoeder, maar dit drankje kan super jong en fris zijn! Mix je de droge sherry bijvoorbeeld met een lekkere bitter lemon en wat munt en je kunt heerlijk bonviveren in de zon. Sherry kan droog of zoet zijn. Droge sherry, bijvoorbeeld de Fino en manzanilla, is lekker licht en fruitig. Hoe donkerder de kleur van de sherry, hoe zoeter en voller de aroma’s worden. Zoete sherry’s zijn bijvoorbeeld Pedro Ximenez of Moscatel Micaela. Deze hebben ondanks hun honingzoete aroma van rozijnen een klein fris zuurtje, wat de wijn minder zwaar maakt.

Late Harvest

Hoe langer je een druif aan de tros laat, hoe meer suikers er in de vrucht kunnen ontstaan. Pers je dus een druif die je later hebt geplukt, dan krijg je veel zoetere wijn. Vaak wordt deze stijl gecombineerd met andere stijlen, zoals edele rot of eiswein. Toch komt late oogst ook wel eens voor bij droge wijn, zoals bij sommige Riesling stijlen.

Gedroogde druiven (vin santo)

Grote kans dat je maar al te goed het verschil tussen rozijnen en druiven kent? Rozijntjes zijn gedroogde druiven en daardoor een stuk zoeter en sterker van smaak. Hoewel het proces net ietsjes anders werkt, komt het wel op hetzelfde neer. Door de druiven te drogen voordat ze worden geperst, verliest de druif tot wel 70% van zijn vocht. Maak je hier dus wijn van, dan is deze ook zoeter en sterker van smaak.

Een bekende wijnstijl die van deze stijl gebruikmaakt, is de Italiaanse vin santo. Deze wijn wordt gemaakt volgens de appassimento methode. Eerst blijven de druiven zo lang mogelijk aan de stok hangen (late harvest). Vervolgens worden de druiven op matten gedroogd. De vergisting gaat erg langzaam en de wijn moet ook nog eens heel lang rijpen. Het kost dus even wat tijd, maar dan krijg je wel een erg smaakvolle wijn. Niet gek dus dat de Italianen het zelf ‘heilige wijn’ hebben genoemd, wat de letterlijke vertaling van vin santo is. In combinatie met een cantuccini is dit drankje dan ook een ideaal toetje. Niet voor niets heeft de vin santo aroma’s als amandel, rozijn en vijg, wat je ook terug kan vinden in het traditionele Italiaanse koekje.

Eiswein

Eiswein krijg je wanneer de druiven bevroren worden geplukt en geperst, waardoor je een zoete en smaakvolle wijn krijgt. Omdat alleen het water bevriest en niet de aromavolle sappen, krijg je een bijzondere, friszoete wijn. Deze smaak wordt extra lekker doordat de druiven ook nog eens later worden geoogst en dus meer suikers hebben ontwikkeld. Let op! Er is een verschil tussen de Duitse Eiswein en Canadese Icewine. De Duitse Eiswein wordt geplukt bij -7 graden Celsius. De Canadese Icewine wordt pas geplukt als het -8 graden Celsius of kouder is, waardoor deze dus zoeter is. Dan is er namelijk nog meer water in de druiven bevroren en is de wijn nóg geconcentreerder.

Edele rot (sauternes)

Tot slot wordt er ook vaak gebruikgemaakt van een schimmel genaamd botrytis. Deze schimmel wordt na het plukken losgelaten op de druiven, waarna hij al het water uit de vruchten eet. Zo blijven alleen de aroma’s en suikers over en krijg je een verrukkelijke dessertwijn van de overgebleven druiven. Een voorbeeld hiervan is de Franse Sauternes uit de Bordeaux-streek. Deze wijn heeft heerlijke friszoete aroma’s als abrikoos, kweepeer of honing. Maar kan ook een hint van limoen bevatten. Ideaal bij bijvoorbeeld een vruchtentaartje of ingelegde abrikoos.

Aroma's

No items found.
No items found.
No items found.
No items found.

Volg ons op
instagram

andgrapesnl