Een oude druif met veel namen
Omdat de muskaat zo wijdverspreid is over de aardbol, heeft hij veel verschillende namen en variaties. In Frankrijk staat het druivenras bekend onder de verzamelnaam ‘muscat’, in Italië als ‘moscato’, in Spanje ‘moscatel’ en in Zuid-Afrika ‘Muskadel’. Let op: dit zijn dus verzamelnamen voor verschillende varianten. De bekendste varianten zijn weer ‘muscat de petit grain’ en ‘muscat d’Alexandrie’. Stiekem zijn er nog veel meer verschillende namen voor de vele variaties, maar om het overzichtelijk te houden, houden we het even hierbij.
Over het algemeen is de druif erg geurig, heeft hij een ambergele of groengele kleur, met veel suikers. Hij krijgt vaak aroma’s als mandarijn, peer, sinaasappelbloesem en kamperfoelie. Maar ook krijgt de druif vaak de geur van nootmuskaat.
Wijnpaspoort
Van oorsprong komt muscat uit Griekenland. Zo konden de Romeinen deze druif daar vandaan halen en over heel hun rijk verspreiden. In Griekenland is deze druif vandaag de dag nog steeds te vinden. Nu maken ze er zowel zoete als droge wijn van. Zo produceren ze op Samos ‘Vin Doux Naturel’ wijnen. Deze wijnstijl is een zoete en versterkte wijn waarbij ze extra alcohol toevoegen om het vergisten vroegtijdig te stoppen. Hierdoor blijft er meer suiker in de wijn over, en is die dus zoet.
Frankrijk heeft de druif echt eigen kunnen maken. Hier vind je verschillende stijlen van de druif door het hele land. De meest bekende variant van muscat is ‘Muscat de petit grain’. In de Rhône is deze druif de primaire druif voor de Muscat de Beaumes de Venice wijnen. Dit is, net als de wijn uit Samos, een Vin Doux Naturel. Een zoete, versterkte wijn met een sterke, maar heerlijke geur en aroma’s van citrusvruchten en tropische vruchten als lychee. Megalekker te combineren met een hapje foie gras of schimmelkaasjes. Maar omdat hij ook een beetje fris is, kun je deze wijnook super combineren met vruchtentoetjes.
In Italië kennen muscat het beste als Moscato d’Asti. Een lichtbruisende, lichtzoete dessertwijn uit het plaatsje Asti in de noordelijke provincie Piëmont. Deze wijn heeft een laag alcoholpercentage en is naast zoet vooral ook lekker licht en fris. Perfect te combineren met een vruchtentoetje zoals aardbeien of frambozen met vanille-ijs.
Net als Italië gebruiken de Spanjaarden ook een eigen naam voor de druif: Moscatel. Hier gebruiken ze uitsluitend de variant van muscat d’Alexandrie, een andere dus dan ze in Frankrijk veel gebruiken. Hiervan maken ze een heerlijke friszoete vinos de licor van deze druif. Een moscatel wijn staat bekend om zijn frisse aroma’s van citroenkruid, witte bloemen en rozen.
Uitstapje naar de Nieuwe Wereld
Hoewel de romeinen dus een hele grote rol hebben gespeeld in het verspreiden van de druif over de oude wereld, kun je deze druif ook zeker vinden in de nieuwe wereld. Zo is de Muscat d’Alexandrie een van de belangrijkste druivensoorten in Zuid-Afrika, waar ze zowel zoete als droge wijnen van de druif maken. In Californië weten ze ook wat anders met de druif te doen, hier produceren ze hem namelijk ook als tafeldruif of om er rozijntjes van te maken.
Spijs it up!
Oké, al die verschillende namen voor deze wijn kunnen het best ingewikkeld maken. Maar het valt mee! Over het algemeen lijken de verschillende stijlen wel een beetje op elkaar. Ze zijn allemaal lekker geurig, hebben frisse, maar ook tropische en zoete aroma’s. De zoete stijlen zijn vaak erg lekker om bij je toetje te drinken. Zoals bij een lekker friszoet vruchtentaartje of bij een hartig kaasplankje met lekkere ziltige kazen. De droge stijlen zijn, net als de zoete, lekker geurig en vol met bloesemaroma’s. Deze kun je daarom heerlijk drinken als borrelwijn, maar ook bij salades of groentegerechten. Maar de droge muscat d’Alcase is al helemaal lekker te combineren met witte asperges.
Let wel op: niet elke naam die op muscat lijkt, is dezelfde druivensoort. De Franse Muscadelle (bekend van de muscadelle de Sauternes) is een hele andere druif. Al lijkt hij qua geurigheid en aroma’s wel een beetje op onze muscat.